Hoedekenskerke fase 1


Context VN set links: model = Hoedekenskerke fase 1


Set VN link, Property name = Supercontext, Property VN name = Supercontext

Model link = Hoedekenskerke fase 1

Result = Dijkvakken Zeeland VN

End Set VN link


Bekleding 
Betonzuil, Betonzuil met ecotop, Overlaging met ecotop
Specifieke constructie 
Havendam
Voorland 
Stroomgeul
Ruimtegebruik 

Jaar 
2005 - 2006
Locatie 
Zuid-Beveland
Coördinaten 
51° 25' 37", 3° 55' 7"
Dijktraject 
353,5 - 376,6



Het dijktraject ligt langs de Hoedekenskerkepolder, het valt onder het beheer van het Waterschap Scheldestromen, tijdens de werkzaamheden Waterschap Zeeuwse Eilanden. Het ligt op Zuid-Beveland in de gemeente Borssele, en heeft een lengte van ongeveer 2300 m. Binnen het dijktraject kan onderscheid worden gemaakt tussen twee dijktracés, die direct aan een stroomgeul liggen, en de dijken rond de gemeentehaven en de voormalige veerhaven.

Bijzonderheden:

  • Dit werk is uitgevoerd in een tweejarig contract
  • Het was een testcase met een nieuwe contractvorm, waarbij meer verantwoordelijkheden bij de aannemer worden gelegd
  • Op de zuidelijke havendam van de gemeentehaven zijn proefvakken met Infra Elast aangelegd. De resultaten vielen tegen.


Omgevingsmanagement werkprocessen





Landschap

De algemene richtlijnen ten aanzien van de dijkopbouw worden ook hier weergegeven. Ten aanzien van de havens wordt opgemerkt dat dammen, nollen en havenplateau's van de landbouw- en de veerhaven dienen te worden gespaard door de glooiingen achterlangs te leggen.





Referenties





Ecologie
Maatregel ter bescherming van rugstreeppad
slik in haven

Ter hoogte van Hoedekenskerke komen langs de dijk rugstreeppadden voor. Dit gebied is door de dijkweg gescheiden van de dijk. De rugstreeppad valt Europees en nationaal gezien onder een strikt beschermingsregime. Om te voorkomen dat de padden op het werk komen werd een gaas gespannen, om padden, die toch in het werk verdwaald raken te vangen worden opvang emmers ingegraven. Later is deze methode gewijzigd.


Op basis van het detailadvies wordt de keuze van de nieuwe bekleding bepaald. Later wordt het advies aangevuld, waarbij er op wordt gewezen om het aanwezige slik zo veel als mogelijk te ontzien. Door de gemeente zijn ideeën aangedragen met betrekking tot de inrichting van de haven. Het idee om ter plaatse van het slik een schor te ontwikkelen wordt niet overgenomen omdat ook het aanwezige slik een natuurwaarde heeft en verandering tot een schor in het licht van de Europese Habitat- en Vogelrichtlijn problematisch is. Het slik zal dan op zijn beurt weer gecompenseerd moeten worden. Omdat ook de verdere ontwikkeling van de haven niet wordt opgepakt trekt de gemeente zich terug uit verder overleg.








Referenties





Vergunningen

Nadat de onderbouwing bij de ontheffingsaanvraag inzake Flora- en faunawet en de habitattoets waren ontvangen is ontheffing artikel 75 van de Flora- en faunawet aangevraagd. Deze is verleend door het ministerie lnv. Speciale aandacht wordt gevraagd voor het in stand houden van de rugstreeppad.

Om de procedure van een m.e.r. beoordeling te doorlopen is door het projectbureau een aanmeldingsnotitie opgesteld. Deze is door het waterschap verzonden aan de Provincie. In het begeleidend schrijven meldt het waterschap dat, in tegenstelling tot hetgeen in ontwerp-planbeschrijving wordt gesteld, het voornemen om de onderhoudsweg open te stellen voor recreatief medegebruik. De Provincie oordeelt dat een m.e.r. beoordeling niet nodig is. Nadat de provincie door het waterschap op de hoogte is gebracht van de reacties op de ter inzagelegging, de instemming van de gemeente Borssele en de bezwaren van de Zeeuwse Milieu Federatie tegen het openstellen van de onderhoudsweg, deelt de provincie mede dat de herstelwerkzaamheden worden goedgekeurd, maar de openstelling van de werkweg vereist nader overleg. Als vervolg op de onthouding van goedkeuring ten aanzien van openstelling van de onderhoudsweg wijzigt het waterschap zijn standpunt. Zeeuwse Milieufederatie, in samenwerking met Vogelbescherming Nederland geven aan dat enige wijzigingen noodzakelijk zijn om hun instemming te verkrijgen.

Het verwijderen en eventueel terugplaatsen van het baggerslib vereist de nodige aandacht. Het projectbureau heeft onderzoek naar de kwaliteit van de bagger uitgezet. Het projectbureau wil een deel van de baggerspecie uit de Veerhaven ontgraven en dit gebruiken voor ophoging van het maaiveld direct grenzend aan de Veerhaven. Het betreft een hoeveelheid van circa 5.000 m3. De gemeente heeft het plan beoordeeld in het kader van het Bouwstoffenbesluit. Het opbrengen van de baggerspecie uit de Veerhaven op het maaiveld dient in het kader van het Bouwstoffenbesluit gezien te worden als een apart werk. Baggerspecie die in een werk wordt toegepast dient te voldoen aan de eisen van het Bouwstoffenbesluit. Vóór toepassing van de baggerspecie dient deze conform het Bouwstoffenbesluit onderzocht te worden. Afhankelijk van de resultaten zal worden beoordeeld of toepassing hiervan mogelijk is. Een ander deel wordt gestort in een diep deel van de Westerschelde nabij Hansweert. Hiervoor is vergunning krachtens Wet verontreiniging oppervlaktewateren verleend. Omdat het niet is gelukt om de totale hoeveelheid te baggeren binnen de toegestane termijn wordt een nieuwe vergunning aangevraagd. Daarnaast wordt een Vergunning in het kader van de natuurbeschermingswet 1998 verleend door de Provincie.
























Referenties





Communicatie

De gemeente Borssele wil een krib in de haven aanbrengen om golfindringing tegen te gaan. Ook de watersportvereniging heeft ideeën over de inrichting van de haven. Het projectbureau ziet hiertoe echter geen mogelijkheden.

Watersportvereniging De Val wordt uitgenodigd voor een gesprek waarin wordt uitgelegd wat de werkzaamheden omvatten en welke ongemakken er voor de vereniging zijn te verwachten.

Het projectbureau maakt voor de ter inzagelegging een samenvatting van het ontwerp. Om omwonenden en andere belangstellenden te informeren over de werkzaamheden, verspreidt Zeeweringen een huis-aan-huiskrant in het voorjaar en in het najaar.

Voordat de werkzaamheden beginnen wordt nog overleg gepleegd met de stoomspoorlijn en de uitbater van paviljoen De Steiger.











Referenties


Technisch management werkprocessen





Inventarisatie

De ondertafel was bekleed met breuksteen (grauwacke), Vilvoordse steen, Petit graniet, basalt, betonblokken, blokkenmatten en Eco-Basalton. Een groot deel van deze bekledingen was ingegoten met asfalt of beton. Op de boventafel lag een strook van Haringmanblokken, Vilvoordse steen, betonblokken en basalt. De bovengrens van de steenbekleding lag op circa NAP + 3,7 m. Het overige deel van de boventafel was afgedekt met een kleilaag, begroeid met gras. De berm lag op NAP + 5,0 á 5,8 m. Ook de berm en het boven beloop van de dijk waren met gras bekleed. In de gemeentehaven werd het talud onderbroken door een damwandkade, in de veerhaven door zowel een breed terrein als een damwandkade. De kadehoogten en de terreinhoogte aan de waterzijde waren ongeveer gelijk aan NAP + 3 m. Aan de oostzijde van de veerhaven ligt een strekdam, met een lengte van 300 m.







Toetsing
oude bekleding

Uit de actualisatie van de eerder uitgevoerde toetsing, uitgevoerd door het waterschap bleek dat een aantal gedeelten nader moesten worden onderzocht om tot een eindoordeel te kunnen komen. De actualisatie is gecontroleerd door het projectbureau. De uitgevoerde geavanceerde toetsing (fase 1) is uitgevoerd in twee deelrapporten. Deze toetsing gaf op veel locaties niet voldoende inzicht, omdat de mogelijke overdrukken onder de gepenetreerde basaltbekleding niet konden worden gekwantificeerd. Hierna is nog een controletoetsing uitgevoerd waarbij infiltratieproeven uit de Baarlandpolder zijn betrokken. Dit gaf voldoende inzicht voor het projectbureau om een vrijgave toetsing op te stellen.

Uit de toetsing is gebleken dat alle bestaande steenbekledingen moeten worden verbeterd, uitgezonderd grote vlakken met ingegoten basalt tussen dp 357 en dp 372 en een klein vak met basalt in de veerhaven ter hoogte van dp 374.











Referenties





Ontwerp
nieuwe bekleding van hydrablocks oosstzijde haven
nieuwe bekleding van hydrablocks westzijde haven

Een klein deel van het havengebied, het zogenaamde "Hoedekenskerke restant" tussen dp 373,6 en dp 374,4 wordt later uitgevoerd. Dit is noodzakelijk omdat het niet lukt om op korte termijn regelingen te treffen met de pachters van de bebouwing. De afgekeurde bekledingen in de ondertafels worden overlaagd met ingegoten breuksteen, uitgezonderd de ondertafel in de gemeentehaven en de ondertafels in de veerhaven. De dijk wordt achter de damwandkade in de gemeentehaven met betonzuilen en de dijk achter de damwandkade in de veerhaven met open steeasfalt bekleed. De boventafels worden met betonzuilen bekleed. Deze oplossing is gekozen omdat dit als beste keuze naar voren komt, met name scoort het beter op de criteria landschap en natuur. In de gemeentehaven wordt een kreukelberm aangebracht van breuksteen van 10-60 kg. De overige kreukelbermen worden uitgevoerd in 40-200 kg, die in het geval van een steilere teen in een patroon van stroken moet worden ingegoten. De onderhoudsstrook en de kadeverhardingen in de gemeentehaven en de veerhaven worden uitgevoerd in asfaltbeton. De berm moet worden opgehoogd tot NAP + 6,40 m. Omdat de damwandkade in de gemeentehaven, en de damwandkade en een deel van het terrein in de veerhaven niet worden opgehoogd tot NAP + 6,40 m, moet op de achterliggende dijken een steenbekleding worden aangebracht.






Referenties





Revisietoetsing en overdracht

De toetsing ter voorbereiding van de overdracht is uitgevoerd door het waterschap en gebruikt als basis voor de officiële revisietoetsing die is opgesteld door het projectbureau en ondertekend door beide partijen. Hierna kon het overdrachtsprotocol worden opgesteld en ondertekend.








Referenties


Contractmanagement werkprocessen





Contract

Dit contract is een innovatief contract. Het beleid van Rijkswaterstaat is om meer innovatief aan te besteden (verdergaande uitbesteding en optimale benutting van de markt). De Waterschappen zijn in principe bereid mee te werken aan innovatief aanbesteden, maar willen als eindverantwoordelijke (beheerder van de dijken) wel graag grip op de plannen houden. Het is de bedoeling dat een klein gedeelte door de opdrachtnemer ontworpen wordt. De ervaring is dat bij het opstellen van het contract de gevraagde engineering weinig omvat. De ontwerper kan met weinig moeite het beperkte engineeringdeel beter zelf oppakken. De reden daarvoor is dat een ontwerp over het totale dijkvak logischer is. Een stukje engineering door de aannemer kan plaatselijk een andere materiaalkeuze opleveren dan het aansluitend gedeelte dat door het projectbureau is ontworpen. Vanuit het beheer is een glooiing van een dijkvak met zoveel mogelijk dezelfde materialen onderhoudsvriendelijker dan bij een ontwerp met verschillende materialen. Vooruitlopend op de evaluatie eind 2005 verzoekt het projectbureau om de huidige ontwerpen volledig integraal vanuit het ontwerpproces op te pakken en geen ontwerpen voor te bereiden waarbij rekening gehouden wordt met een stuk engineering door de aannemer.

Met deze contractvorm leiden alle werkzaamheden die niet zijn benoemd of waarvan de grootte niet goed zijn ingeschat tot een wijziging van de overeenkomst.







Uitvoering
zetten hydroblocks, verwijderen band
aanbrengen penetratie op breuksteen met schone koppen
ingieten overgang
aalgoot en haringmanblokken

In het kader van het bouwstoffenbesluit wordt een melding verzonden waarin het aanbrengen van klei wordt aangekondigd. Hiertegen is geen bezwaar. De aannemer deelt mede dat overeenstemming is bereikt voor het aanbrengen van ca. 1000 m2 alternatieve overlaging van de zuidelijke havendam van de gemeentehaven met Infra Elast. Door de directie wordt de aannemer erop gewezen dat hij conform het bestek een uitvoeringsontwerp, vergezeld van tekeningen en berekeningen moet opstellen, alvorens hij met de uitvoering van de zuidelijke havendam ca. kan beginnen. Voor wat betreft het aanbrengen van de Infra Elast wordt door de directie medegedeeld dat Rijkswaterstaat akkoord is met de voorgestelde constructie en dat zij de verantwoordelijkheid voor deze constructie op zich zal nemen. De directie deelt mede dat de proef voor het aanbrengen van een alternatieve overlaging met Infra Elast op de zuidelijke havendam van de gemeentehaven is mislukt. Er is inmiddels een 2e proef met een nieuwe alternatieve overlaging aangebracht. Deze proef is nog niet getest. Afgesproken wordt dat in aanwezigheid van de belanghebbenden met een kraan over deze overlaging zal worden gereden en er een stukje zal worden opengebroken om de kwaliteit van de overlaging te bepalen. Wanneer deze test positief uitvalt zal de alternatieve overlaging in overleg met de afdeling kennis van het projectbureau Zeeweringen verder worden getest. De directie vraagt hoe de aannemer de aalgoot bij de gemeentehaven gaat terug aanbrengen. De aannemer antwoordt dat hiervoor in overleg met het Waterschap Zeeuwse Eilanden een oplossing is gevonden.






Projectbeheer controleprocessen


Kerndocumenten
































































Referenties
Bezig met het laden van de kaart...


HZ University of Applied Sciences
Rijkswaterstaat, Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Projectbureau Zeeweringen
Waterschap Scheldestromen
Provincie Zeeland
Deltares