Context VN set links: model = Philipsdam Noord
Set VN link, Property name = Supercontext, Property VN name = Supercontext
Model link = Philipsdam Noord
Result = Dijkvakken Zeeland VN
End Set VN link
Het dijkvak Philipsdam Noord ligt aan de Oosterschelde aan de noordoostzijde van Schouwen-Duiveland en valt ook onder deze gemeente. Deze dam vormt de verbinding tussen de Grevelingendam en het Krammercomplex, heeft een lengte van ongeveer 2,6 km, en valt onder het beheer van Rijkswaterstaat Waterdistrict Zeeuwse Delta. Er wordt gerekend met een overschrijdingskans van 1:4000.
Bijzonderheden:
In de detailadviezen wordt een inventarisatie weergegeven van de vegetatie op de oude, te vervangen bekledingen, zowel in de getijdezone als hoger op het talud. Op basis hiervan wordt geadviseerd over de nieuw aan te leggen bekledingen. Op deze bekledingen moet zich een vegetatie kunnen ontwikkelen die minimaal gelijkwaardig is als die van voor de dijkverbetering. De detailadviezen zijn weergegeven in de bijlagen bij de ontwerpnota.
In een vroeg stadium wordt uitgezocht welke gebieden nabij de Krammersluizen geschikt zijn om als opslagterrein te dienen.
Door het projectbureau is een planbeschrijving opgesteld. Later is een wijziging toegevoegd. Deze wijziging is een gevolg van het verzoek van Rijkswaterstaat, Waterdistrict Zeeuwse Delta om enerzijds het projectgebied 150 m uit te breiden en anderzijds te zorgen voor goede aansluitingen van de nieuw te realiseren onderhoudsstroken op de werkwegen van het sluizencomplex. Naar aanleiding van de terinzage legging heeft de Zeeuwse Milieufederatie een zienswijze ontwikkelt, waarin zij verzoeken om in de plannen meer rekening te houden met gevolgen van het gebruik van slakken en gietasfalt en te kiezen voor alternatieven en waar nodig het uitvoeren van mitigerende maatregelen. De reactie hierop van het waterschap is door de provincie onderschreven.
Op basis van de planbeschrijving wordt een aanmelding gedaan bij de Provincie voor een mer beoordeling. Ook wordt Verzoek tot goedkeuring Waterwet aan de provincie verzonden. De provincie acht een Milieueffectrapport niet noodzakelijk en geeft goedkeuring in het kader van de Waterwet. Later volgt een aparte vergunning voor het plaatsen van een tijdelijke losvoorziening in een voorhaven van de Krammersluizen.
Verder wordt de planbeschrijving gebruikt bij de aanvraag van vergunningen in het kader van verschillende wetgeving. In het kader van de Natuurbeschermingswet wordt een Passende beoordeling natuurtoets opgesteld. Op basis hiervan wordt goedkeuring verleend.
Verder wordt in het kader van een mogelijk benodigde vergunning in het kader van de Flora- en faunawet een Soortenbeschermingstoets opgesteld. In deze soortentoets is geconstateerd dat bij uitvoering van de aangegeven mitigerende maatregelen geen ontheffing behoeft te worden aangevraagd in het kader van de Flora- en faunawet.
Ook voor dit trajecten omgevingsplannen opgesteld om er zeker van te zijn dat alle belanghebbenden op de hoogte worden gebracht van de komende werkzaamheden.
De steenbekleding op de Philipsdam noord bestond op de ondertafel voornamelijk uit Basalton en op de boventafel uit Haringmanblokken en in mindere mate vlakke betonblokken. De bovengrens van de steenbekleding varieerde van circa NAP + 3,5 m tot NAP + 4,7 m. Aansluitend hierop lag de berm die bestond uit een strook betonblokken van 2m á 2,5m en uit grasbekleding.
Voor de dijkstrekking is de oude toetsing door het waterschap geactualiseerd. Daarna volgde controle en vrijgave voor verbetering door het projectbureau. Later is nog een erratum verschenen waarin de cultuurhistorie nader is belicht.
De gehele bekleding op de Philipsdam, bestaande uit Basalton, Haringmanblokken en betonblokken is onvoldoende getoetst. De kreukelberm voor het hele projectgebied bestaat uit een sortering 10-60 kg met een minimale breedte van 10m. Deze is voldoende getoetst.
Op basis van de in het detailadvies gegeven hydraulische randvoorwaarden worden de bekledingen gedimensioneerd. Na het verschijnen van de ontwerpnota zijn nog twee updates verschenen, met aangepaste hydraulische randvoorwaarden. De waarden in de laatste versie zijn echter lager dan de gebruikte waarden in de ontwerpnota.
Tijdens het vooroverleg wordt aangegeven dat het wenselijk is om in 2010 opnieuw de planten langs de Philipsdam te inventariseren, dit vanwege het veelvuldig voorkomen van de Bijenorchis. Ook wordt opgemerkt dat als er in de uitvoering zand wordt opgeslagen om dit niet te doen op hopen met een steil talud vanwege de ter plaatse voorkomende kolonie oeverzwaluwen die zich graag in deze steile taluds vestigen. Op basis van de Passende Beoordeling worden in het kwartetoverleg de mitigerende maatregelen besproken. De begintijd dat gras kort gemaaid dient te worden om broedende vogels te voorkomen is verschoven naar 1 maart.
Door de beheerder, het Waterdistrict Zeeuwse Delta wordt aandacht gevraagd voor de aansluitingen op de inspectie- en onderhoudspaden. De bestaande wegen moeten goed aansluiten op de nieuw aan te leggen onderhoudswegen langs de waterkering.
In de ontwerpnota worden de volgende bekledingen gekozen. De ondertafel bestaat uit een overlaging van gepenetreerde breuksteen, afgestrooid met lavasteen. De boventafel bestaat uit gekantelde haringmanblokken, betonzuilen en gepenetreerde breuksteen. De sluisdammen zijn geen onderdeel van het project en worden achterlangs afgesneden met verborgen bekledingen, die bestaan uit gepenetreerde breuksteen.
In het erratum van de ontwerpnota wordt gemeld dat alle onderhoudspaden worden uitgevoerd in open steenasfalt en afgestrooid met een laagje grond. Ook wordt een extra depotruimte aangewezen op het plateau bij dp 489.
Na afloop van het werk is het dijkvak door het waterschap getoetst. Na controle door het projectbureau is de Philipsdam overgedragen aan Rijkswaterstaat Waterdistrict Zeeuwse Delta.
Tijdens de uitvoering zijn er altijd onvoorziene omstandigheden die het nodig maken dat wordt afgeweken van het bestek. Deze wijzigingen worden door de aannemer vastgelegd in afwijkingsrapporten. Na goedkeuring van de directie wordt een vaststellingsovereenkomst opgesteld de kosten van meer- en minderwerk worden benoemd. Hierna kan de aannemer een rekening indienen. Het ging hier voornamelijk om kleitransport en herstel werkzaamheden aan een deel van het onderhoudspad. Dat was gemaakt met hydraulisch steenpuin. Bij regenval is dit verweekt waardoor spoorvorming is opgetreden. Verder heeft de aannemer verzocht om compensatie van de gestegen brandstof- en asfaltprijzen. De directie meldt dat RWS landelijk geen regeling heeft getroffen met Bouwend Nederland waardoor de aannemer geen positief antwoord kan verwachten.
Ruim voordat de werkzaamheden plaatsvinden, is er een overleg over het dijkvak Philipsdam noord met de beheerder en de vaste aannemer voor de onderhoudswerkzaamheden. Aan de arbeidsinspectie wordt melding gemaakt van de dijkverbeteringswerken. Aan de Inspectie Verkeer en Waterstaat worden eveneens meldingen verzonden. Deze meldingen hebben betrekking op de toepassing van schone grond bij werken aan de glooiing van de zeewering aan de Philipsdam.
Tijdens de project startup komt de procedure met betrekking tot de kwaliteitsborging aan de orde waarbij de aannemer verantwoordelijk is voor het borgen van zijn kwaliteit. De opdrachtnemer heeft ondervonden meer tijd kwijt te zijn doordat de opdrachtgever systeem gerichte contractbeheersing gaat toepassen.
In de tweede bouwvergadering is de projectecoloog aanwezig. Deze geeft een toelichting op de Natuurbeschermingswet en Flora/Fauna wet. Hij geeft aan dat de aannemer de betreffende vergunningen ten allen tijde op verzoek moet kunnen vertonen. Verder wordt aandacht gevraagd voor het zeegras en de bestaande kreekjes in het schor, voornamelijk in het gebied van de Abraham Wisse polder en de Willemspolder, die weer in oorspronkelijke staat terug moeten worden gebracht. Tevens wijst de ecoloog op het aan te brengen paddenscherm op depot Del Campo. Het natuurgebied t.p.v. loslocatie Philipsdam Noord moet vrij blijven i.v.rn. broedende vogels. Dit gebied moet afgezet worden met lint.
Tijdens de bouwvergaderingen worden enige zaken aan de orde gesteld die niet geheel naar wens verlopen. Bij het opnemen van oude blokken treedt bovenmatige schade op zodat er minder blokken zijn om te hergebruiken. Verder heeft de aannemer een extra dijkovergang aangelegd zonder hier overleg over te hebben gepleegd. Ook is buiten de afgesproken werktijden gewerkt zonder overleg, hierover is een klacht van een omwonende ontvangen. Omdat dit reeds eerder is voorgevallen is hiervoor een korting opgelegd.