Context VN set links: model = Reigersbergschepolder
Set VN link, Property name = Supercontext, Property VN name = Supercontext
Model link = Reigersbergschepolder
Result = Dijkvakken Zeeland VN
End Set VN link
Het dijktraject ligt aan de noordzijde van de Westerschelde in het oosten van Zuid-Beveland nabij de plaatsen Rilland en Bath. Het beheer was in handen van waterschap Zeeuwse Eilanden, dat nu deel uitmaakt van Waterschap Scheldestromen. Het dijkgedeelte heeft een lengte van ongeveer 4 kilometer en betreft ongeveer 3200m van de Reigerbergsche polder en ongeveer 800m van de Zimmermanpolder. Het dijkgedeelte ligt tussen dp 43 in het oosten en dp 82,75 in het westen. Het aangrenzende dijktraject van de Zimmermanpolder is verbeterd in 1999. Het dijktraject van de Paviljoenpolder, grenzend aan de oostzijde van Reigersbergsche polder, is verbeterd in 2001 en 2002.
Er wordt een proefvakje met alternatieve materialen voor teenschotten uitgevoerd.
Om er voor te zorgen dat een bekleding wordt gekozen die recht doet aan de natuurwaarden wordt een detailadvies opgesteld. Op basis hiervan wordt op een deel van de bekleding een bekleding met eco toplaag aangebracht.
Een belangrijk document, da door het projectbureau is opgesteld is de planbeschrijving. Op basis hiervan worden vergunningen verleend.
De gemeente Reimerswaal geeft aan dat een aanlegvergunning wordt vereist. Bij de aanvraag hiervoor dient te worden aangegeven welke natuurbelangen door de uitvoer mogelijk worden geschaad.
Gegevens naar aanleiding van de inventarisatie in het kader van de Flora - en faunawet ten behoeve van de ontheffingsaanvraag Reigersbergschepolder worden toegeleverd door het Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat.
De Directie Ruimte, Milieu en Water van de Provincie Zeeland heeft het vastgestelde plan tot verbetering van de gezette steenbekleding Reigerbergschepolder volgens artikel 7 van de Wet op de waterkering in de vergadering van 24 september 2002 goedgekeurd.
Na vaststelling van het ontwerp, wordt een korte samenvatting opgesteld. Deze dient ervoor om tijdens de ter inzagelegging aan belangstellenden informatie te verschaffen.
Om omwonenden en andere belangstellenden te informeren over de werkzaamheden, verspreidt het projectbureau een huis-aan-huiskrant.
Tussen dp 43 en 50 bestond de steenbekleding voor het grootste gedeelte uit beton- en koperslakblokken. De kreukelberm had op dit traject wisselende afmetingen (zowel in breedte als in samenstelling). Tussen dp 50 en 82+75m was schor aanwezig. De teen lag hier op een hoogte van minimaal NAP+ 1,2m en de bekleding bestond hier voornamelijk uit vlakke betonblokken en Haringmanblokken. Tussen dp 67 en 71 en tussen dp 76 en 79 werden ook nog verschillende vakken (gepenetreerde) basalt aangetroffen. Vrijwel langs het gehele traject werden doorgroeistenen aangetroffen.
De toetsing is door waterschap Zeeuwse Eilanden uitgevoerd conform de Leidraad Toetsen op Veiligheid. In de eenvoudige toetsing is een groot deel van de bekleding als 'onvoldoende' beoordeeld. Verschillende gedeelten van de aanwezige basalt zijn als 'twijfelachtig' beoordeeld. Door de werkgroep Kennis is vervolgens een "geavanceerde" toetsing uitgevoerd van deze vakken. Een groot deel van de geavanceerd beoordeelde tafels is hierbij alsnog afgekeurd. Een beperkte oppervlakte aan basalt kreeg het oordeel 'goed' en kan worden gehandhaafd binnen een nieuw aan te leggen bekleding van basalt.
Van oost naar west bestaat de ondertafel uit betonzuilen waarvan het eerste deel een antraciet zwart oppervlak heeft om aan te sluiten op het naastgelegen dijkvak. Vervolgens een lang vak met gekantelde blokken, vervolgens een vak met basalt en ten slotte een deel met betonzuilen. De gehele boventafel bestaat uit zuilen, het deel boven de antraciet zwarte zuilen heeft een eco toplaag.
Nadat de werken zijn uitgevoerd is de bekleding getoetst door het waterschap. Op een klein stukje ingegoten basalt na was de conclusie dat de bekleding goed gekeurd is. Het kleine stukje basalt is geavanceerd goed gekeurd door de werkgroep kennis. Dit memo is als bijlage bijgevoegd in de Rapportage toetsing. Daarna is de Revisietoetsing ondertekend, zodat de overdracht kon plaatsvinden.
Met het ondertekenen van het overdrachtsprotocol is het dijkvak weer teruggegeven aan het Waterschap.
Er is een alternatieve aanbieding ontvangen waarbij in plaats van beton elementen een asfalt oplossing is aangedragen. Naast de aannemerscombinatie heeft ook de Vereniging tot Bevordering van Werken in Asfalt zich ingespannen om een dergelijke constructie te promoten. Door het Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat wordt de combinatie gemeld dat de aanbieding wordt meegewogen. Deze aanbieding voldoet echter niet om de navolgende redenen: 1. Bij de afweging van het ontwerp is bewust niet gekozen voor asfalt, vanwege het feit dat de Milieu-inventarisatie zeeweringen Westerschelde en het detailadvies als een harde eis worden gehanteerd. 2. Waterbouwasfalt en open steenasfalt vallen in de categorie matig slecht, terwijl alleen materialen uit de categorie voldoende of beter gekozen mogen worden. In plaats van de gewenste herstel/verbetering van natuurwaarden treedt er verslechtering op; 3. De voorgestelde constructie is in strijd met de Milieu-inventarisatie Westerschelde voor dit dijkvak, waardoor bij acceptatie, het dijkverbeteringsplan opnieuw in procedure zou moeten worden gebracht. Dit zijn voldoende redenen om de alternatieve inschrijving niet voor verdere beoordeling in aanmerking te laten komen. Wel wordt de mogelijkheid open gelaten om medewerking te verlenen voor een proefvakje, mits de kwaliteit van deze constructie op een juridisch sluitende manier is te garanderen,
Tijdens de uitvoering van het traject is een proef uitgevoerd om in plaats van Azobé schotten een aantal alternatieven te testen. Het gaat om een lengte van 180 meter. De proefvakken zelf zijn na aanleg visueel niet waarneembaar, zij liggen onder de kreukelberm. Het gaat om de volgende proefvakken: Teenschot uitgevoerd in Bafko-hout (een composiet op basis van bamboevezels). Teenschot uitgevoerd in Elastopreg (een thermoplastisch composiet plaatmateriaal, bestaande uit glasvezel verstrekte polipropyleen). Teenschot uitgevoerd in Plato-hout (vurenhout veredeld door verhitting onder hoge druk). Er wordt gemeld dat een granaat is gevonden en dat deze is aangemeld bij de politie. De granaat wordt op korte termijn opgehaald. De aannemer deelt mede dat nadat betonblokken en -bandjes naar het buitendijks depot zijn gereden om te worden gebroken met de mobiele breker er door de Provincie geen vergunning is verleend voor het buitendijks breken deze materialen. Naar aanleiding hiervan vraagt de aannemer hoe het zit met verrekening van extra kosten. Na enige discussie deelt de directie mee dat dit zal worden nagevraagd maar dat de aannemer weinig kans heeft op verrekening omdat het aanvragen van deze vergunning tot de verplichting van de aannemer behoort. Door een aanvaring t.h.v. het werk was er ramptoerisme op de dijk hetgeen ondanks diverse maatregelen soms tot gevaarlijke situaties heeft geleid en tot enige stagnatie van het werk. De aannemer deelt mede dat er inmiddels 23 rijplaten zijn gestolen. Eerst 10 op het werk en daarna nog eens 13 langs de transportroute. De directie stelt voor het splitten van de onderhoudsweg in het voorjaar te doen. De directie stemt hiermee in.