Context VN set links: model = Zimmermanpolder
Set VN link, Property name = Supercontext, Property VN name = Supercontext
Model link = Zimmermanpolder
Result = Dijkvakken Zeeland VN
End Set VN link
Het dijkvak van de Zimmermanpolder was in beheer bij het Waterschap Zeeuwse Eilanden, dat nu een deel is van het Waterschap Scheldestromen. De lengte van het beschouwde traject is ongeveer 3750 m. Het dijkvak is gelegen ten zuidwesten van Rilland tussen dp 82,8 en 120,2 en grenst aan het beschermde Schor van Waarde. Langs de dijk liggen enkele dammetjes en een voormalig buitendijks landbouwhaventje.
De keuze voor een nieuwe dijkbekleding hoeft voor het betreffende dijkvak niet afgestemd te zijn op verbetering van natuurwaarden. Uit landschappelijke overwegingen bestaat er ter hoogte van een schor voorkeur voor een door- of begroeibare bekleding, zodat een geleidelijke gradiënt in de begroeiing kan ontstaan. Een speciale eco toplaag wordt hier vanwege het luwe milieu niet aanbevolen.
De Zeeuwse Milieufederatie maakt van de gelegenheid gebruik om, mede namens Vogelbescherming Nederland, te reageren op het plan ter verbetering van de gezette steenbekleding op het dijkvak Zimmermanpolder. In de Milieu-inventarisatie wordt aangegeven, dat op trajecten waar vogelbelangen in het geding zijn, het niet wenselijk wordt geacht, dat werkwegen na afronding van de werkzaamheden open gesteld worden voor recreatief medegebruik. Het gehele dijktraject van Waarde tot aan Bath grenst aan belangrijke vogelgebieden. Voor het dijkvak Zimmermanpolder betekent dit dat recreatief medegebruik op het gehele traject dient te worden voorkomen. Dit vereist mogelijk maatregelen. In het antwoord van het waterschap wordt gesteld dat langs de Westerschelde een milieu inventarisatie is uitgevoerd. Hierin zijn alle natuurbelangen verzameld. Momenteel worden de gemeentelijke belangen geïnventariseerd betreffende het recreatief medegebruik van de onderhoudsweg op de zeedijk. Hierna zal een afweging van deze belangen door het waterschapsbestuur plaatsvinden, met name in die vakken waarin de belangen tegenstrijdig zijn. Er zal dan worden vastgesteld welke dijktrajecten voor recreatief medegebruik opengesteld kunnen worden en welke niet. Dit besluit zal ter visie gelegd worden, waarna het, rekening houdend met de eventueel ingekomen bezwaren, zal worden vastgesteld. Over hoe de fysieke afsluiting van de niet opengestelde trajecten uitgevoerd zal worden kan overleg gepleegd worden met ZMF. Bij de goedkeuring door Gedeputeerde Staten wordt wel de volgende opmerking gemaakt over de onderhoudsstrook. De aanleg van een verharde onderhoudsstrook in het kader van de glooiingverbetering heeft als risico dat de verstoring van vogels aanzienlijk zal toenemen. Het is dan ook noodzakelijk dat de aanleg van deze strook gepaard dient te gaan met adequate voorzieningen om de toegankelijkheid ten opzichte van de huidige situatie niet te doen verbeteren. We gaan er daarom vanuit dat de in uw brief genoemde maatregelen deel Uitmaken van de planuitvoering en dat over deze maatregelen overleg zal worden gevoerd met de ZMF.
De planbeschrijving geeft een vertaling en een samenvatting van onderliggende studies en technische uitwerkingen van het ontwerp van de aangepaste steenbekledingen. De provincie keurt het plan goed, met inachtneming van hetgeen in het hoofdstuk ecologie is beschreven.
Het dijkvak grenst aan de westzijde over ca. 400 meter aan het beschermd natuurmonument Schor van Waarde. Voor de werkzaamheden aan de glooiing over deze 400 meter is een vergunning vereist op grond van de natuurbeschermingswet. De werkzaamheden aan dit dijkvak vinden plaats in de periode 1 april - 15 oktober 1999. De werkzaamheden aan het (vergunningsplichtige) gedeelte langs het beschermd natuurmonument zijn gepland in de periode1 juli - 30 september. Deze periode is bepaald in overleg met de directie Ruimte, Milieu en Water en is gebaseerd op het broedseizoen en aankomst van de wintergasten (eenden en ganzen).
Gezien het belang van het noodzakelijke onderhoud van de dijk en de geringe schade aan het natuurwaarden van het aangrenzende schorgebied, wordt de gevraagde vergunning in het kader van de Natuurbeschermingswet voor het aanpassen van de bekleding van het dijkvak Zimmermanpolder verleend. Ter bescherming van de in het natuurmonument aanwezige natuurwaarden worden aan deze vergunning de volgende voorwaarden verbonden:
Voordat het werk begon is het ter inzage gelegd bij het Waterschap. Hiervoor is een samenvatting geschreven van het dijkverbeteringsplan. De bevolking en de gemeentelijke overheden worden op de hoogte gebracht van de komende werkzaamheden.
Door transporten over de openbare wegen wordt schade toegebracht aan de asfaltverharding. Het is gebruikelijk dat de hoedanigheid van het asfalt van te voren wordt opgenomen. Na afloop van de werkzaamheden wordt de achteruitgang van de kwaliteit bepaald. Daarna wordt de verharding opgeknapt waardoor de levensduur wordt verbeterd, ook ten opzichte van de eerste opname. Het verschil bedrag is toe te schrijven aan de transporten en wordt door het Projectbureau Waterkeringen aan het Waterschap vergoed.
De kern van de dijk bestond voor het overgrote deel uit klei en deels uit zand, de ondertafel was bekleed met verschillende soorten zetsteen op een granulaire laag, voornamelijk basalt, maar ook Lessinese en Doornikse steen. De boventafel was bekleed met betonblokken op klei. Het bovenbeloop had een grasbekleding.
In de beginperiode van het uitvoeren van toetsingen was het inwinnen van gegevens nog niet standaard. Daarom is een aantal deskundigen samengekomen om een dergelijke sessie mee te maken en tot overeenstemming te komen over de wijze waarop dit moet gebeuren. Deze bijeenkomst vond plaats in de Zimmermanpolder.
Een vrijgavedocument en de daarbij behorende toetsing vanuit het waterschap werd nog niet toegeleverd. De toetsing is uitgevoerd bij het projectbureau en is verwoord in de ontwerpnota. Bijna de gehele bekleding is beoordeeld als 'onvoldoende'; alleen enkele stroken niet gepenetreerde basalt in het westelijke deel van het traject zijn beoordeeld als 'goed'. Hiervoor is gedeeltelijk gebruik gemaakt van een geavanceerde toetsing, uitgevoerd door het Waterloopkundig Laboratorium en Grondmechanica Delft.
Op het overgrote deel van het dijkvak wordt een kreukelberm van stortsteen op een weefsel aangebracht, ter ondersteuning van de nieuwe teen.
Waar de nieuwe teenconstructie van betonbanden, ondersteund door azobé palen onder een niveau van NAP+1,0m, wordt aangelegd, wordt de bestaande onderlaag ontgraven en aangevuld met gecertificeerd betonpuin (sortering 0-40mm) van 0,6m dik.
De ondertafel bestaat uit betonblokken op hun kant, zowel vlakke blokken als haringmanblokken. Op twee locaties blijft de bestaande basalt liggen. De boventafel wordt bekleed met betonzuilen, op een kort stuk na, waar basalt wordt aangelegd.
De bestaande havendammen van de voormalige landbouwhaven behoren niet tot de waterkering en worden daarom niet van nieuwe bekleding voorzien. De bekleding wordt achter de dammen doorgetrokken. De dammen worden tot het benodigde niveau ontgraven en de oude bekleding wordt op de verbeterde glooiing teruggeplaatst.
De revisietoetsing is uitgevoerd en er zijn geen onvolkomenheden gesignaleerd. De overdracht heeft plaatsgevonden in 2007.
De laagste aanbieding was een alternatieve inschrijving. Uit correspondentie blijkt dat deze aanbieding serieus beoordeeld is. Het is in detail beoordeeld, zowel op sterkte, op milieu aspecten als op onderhoud. Ten aanzien van sterkte is het alternatief toepasbaar, zij het met enige aanpassingen. De alternatieve inschrijving bleek echter niet te voldoen aan de milieu eisen en is derhalve gepasseerd. Hiervoor is mandaat van de Hoofddirectie ontvangen. Er is gegund aan de laagste 'gewone' inschrijver. Deze inschrijving lag minder dan 1% boven de raming.
De precontractuele fase is juist uitgevoerd, behoudens enkele opmerkingen over het controleplan. Het controleplan is niet tijdig vastgesteld, de datum is 6/4/99, circa één maand na aanvang van het werk. Het contract wordt voldoende beheerst met uitzondering van de posten omtrent het aanbrengen van bestorting van beton puin en de eenmalige kosten betreffende de rijplaten. Omdat de hoeveelheid van deze posten niet met voldoende zekerheid zijn vastgesteld, krijgen deze posten de kwalificatie matig.
Op de berm wordt een strook van slakken op een weefsel gebruikt als transportweg. Deze wordt na afloop van het werk bekleed met een laag asfaltbeton en dient dan als onderhoudspad.
De directie wil een proef uitvoeren met gestabiliseerde klei in de werkweg over een lengte van 200m. Het materiaal komt van de firma Consolid. Deze producent wil zijn product promoten en wordt benaderd om contact op te nemen met de aannemer. De aannemer wordt verzocht zijn medewerking te verlenen als de prijs reëel is. De aannemer zegt zijn medewerking toe.
De proef gestabiliseerde klei is op woensdag 5 mei uitgevoerd. Het proefvak is in een dag afgewerkt. De ingebruikname is 5 dagen later. De werkzaamheden zijn: aanbrengen van Consolid, mengen 50cm, voorverdichten, profileren, naverdichten en afstrooien met steenslag.
In de beginperiode was het ongewenst om fosforslakken toe te passen. Er werd vaak betonpuin toegepast, maar dat was niet in voldoende mate te verkrijgen.
De toegepaste materialen worden regelmatig getoetst. Als ze worden afgekeurd ontstaat een probleem Zoals hier blijkt duurt het soms maanden voordat blijkt of de afkeuring al dan niet terecht is. In het verslag van de 7e bouwvergadering wordt melding gemaakt van het feit dat na het uitvoeren van een vooronderzoek is gebleken dat het gebruikte kunststoffilterdoek type 1 (non-woven) niet zou voldoen aan de bestekseisen. Tevens is in het verslag vermeld dat naar aanleiding hiervan een contra-expertise zal worden uitgevoerd. Naar aanleiding van de resultaten van de contra-expertise wordt meegedeeld dat het kunststoffilterdoek type 1 (non-woven) wel voldoet aan de eisen vermeld in het bestek.
Context VN set links: model =